Actueel
Wat was nou het doorslaggevende Nakkie?
We zitten in de behandelkamer, tussen ons in liggen negen kleine bergjes koffiecreamer. Ze representeren de doseringen die ze heeft genomen afgelopen weekend tijdens een terugval. Gedurende die nacht heeft ze meerdere sleutelpuntjes ketamine gesnoven. In het begin had ze het leuk maar uiteindelijk heeft ze een bad-trip gehad.
Omdat dit meisje nog twijfelt over wat haar doel is in de behandeling (wil ik helemaal stoppen of niet) zijn dit soort situaties nuttig om te analyseren. Ze is hoogbegaafd en sterk rationaliserend, wat motiverende gesprekvoering een grote, en leuke, uitdaging maakt. Tijdens de meeste sessies vindt ze iets om mee te friemelen terwijl we praten. Zo bouwt ze torens van zakjes suiker, vouwt ze ‘tippies' of draait ze jointjes van servetjes en ander papier. Hier doe ik verder niet moeilijk over, mijn inschatting is dat ze dit doet om haar aandacht bij het gesprek te kunnen houden. Daarnaast is het voor mij ook een manier om te checken of ik haar aan het denken zet. Immers, als ze uitgedaagd wordt of diep nadenkt, stopt het friemelen even.
Eerder heeft ze zorgvuldig de negen hoopjes creamer afgemeten en op een rij gelegd. Ze beantwoordt mijn vraag: “Ik denk bij deze”, ze wijst naar het zevende hoopje. “Hoe kwam dat?”, vraag ik. Ze legt me uit dat de vriend waarmee ze was, de drugs bij zich had en op het punt stond te vertrekken omdat ze terug moest naar de groep. “Dus je wilde voordat de mogelijkheid zou verdwijnen, nog even extra veel nemen, maar daar ben je in doorgeschoten?”, vraag ik. Ze knikt, want het achtste en negende sleutelpuntje kwamen kort daarop en waren ook groter dan de eerdere puntjes. “Wat zegt je dat?” “Ja, dat ik een soort van FOMO* had ofzo”, zegt ze. “En dat ik daarvan gretig werd en over m’n grens ging”, vult ze aan. (*fear of missing out)
“Dus”, vat ik samen: “Je hebt een semi-weloverwogen beslissing genomen om samen met die vriend wat te gebruiken, omdat hij bij je op bezoek kwam en je op verlof mocht.” Een knik. “Die snap ik wel, want jij zegt: ik kan met mate gebruiken”. Nog een knik. “En dan, na een paar ‘nakkies’, terwijl je eigenlijk gewoon lekker gaat, neem je aan het eind in korte tijd drie grote punten omdat je weet dat het daarna niet meer kan. En waardoor je kort daarna in een bad-trip belandt” Ze knikt, voorzichtiger dan de vorige twee. “Wat zegt dat jou over de mate van controle die je hebt?”, vraag ik haar.
Het is even stil. Ze denkt na, zo hard dat ze is gestopt met friemelen. “Het zegt dat die controle beter kan.”
Paul Kreemers
In zijn columns Poten in de klei neemt Paul Kreemers je mee in de dagelijkse realiteit van zijn werk bij Brijder Jeugd en Jongereninloop De Pitstop. Als projectleider richt hij zich op de zorginhoudelijke en organisatorische ontwikkeling van het project, met als doel jongeren met complexe problematiek de begeleiding te bieden die hen verder helpt.
Lees hier de eerdere column van Paul: Ik heb een nieuwe vape, wil je 'm zien?