Designerdrugsverslaving

Wat zijn designerdrugs en wat maakt het verslavend? 

Designerdrugs, ook wel bekend als 'research chemicals' of 'Nieuwe Psychoactieve Stoffen' (NPS), worden in laboratoria ontworpen. De makers proberen effecten van al bekende drugs na te bootsen, zoals XTC of GHB. Hierdoor ontstaat een chemische (nieuwe) variant die de Opiumwet omzeilt, dit komt omdat deze samenstelling van stoffen nog niet bekend is en dus nog niet verboden is. Maar steeds vaker worden ook designerdrugs verboden, zoals 3-MMC eind 2021 verboden werd.

De bekendste desginerdrugs zijn onder andere 2C-B (vergelijkbaar met paddo's/truffels en lsd), 3-MMC of 4-MMC (vergelijkbaar met XTC, MDMA en cocaïne), 2 FDCK (afgeleid van Ketamine), en GBL (afgeleid van GHB). 2C-B, 3-MMC en 4-MMC staan op lijst I van de Opiumwet en zijn dus verboden.

Wat zijn de gezondheidsrisico's van designerdrugs? 

Designerdrugs worden massaal en goedkoop geproduceerd, waarbij hygiëne en veiligheid vaak geen prioriteit heeft. De kwaliteit van de drugs is daardoor onzeker, en het is moeilijk de juiste dosering te bepalen. Bovendien zijn de langetermijneffecten en bijwerkingen van nieuwe designerdrugs vaak nog niet bekend, wat extra gezondheidsrisico's met zich meebrengt. 

Symptomen van een designerdrugsverslaving 

Symptomen van een designerdrugsverslaving variëren per middel, maar kunnen onder andere bestaan uit:  

• Obsessief gebruik 
• Verwaarlozing van verantwoordelijkheden 
• Veranderingen in gedrag 

Wet- en regelgeving designerdrugs 

In Nederland ligt er een wetsvoorstel klaar waarbij drie stofgroepen, waarmee designerdrugs gemaakt worden, onder de Opiumwet zullen vallen. Door deze nieuwe wetgeving zal nieuwe designerdrugs dan direct verboden worden. De regering wil hiermee niet alleen de internationale handel en productie van designerdrugs stoppen, maar ook de indruk wegnemen dat deze stoffen minder schadelijk zijn dan illegale drugs omdat ze legaal verkrijgbaar zijn. Ook hoopt de regering dat de beschikbaarheid van de stoffen in de betreffende stofgroepen minder worden, inclusief de varianten daarop.