Actueel
Chemo voor een hamburger
Langdurige verslaving verandert je brein. Zeker als het al op jonge leeftijd begint. Je denken en doen vormen zich dan rondom één centrale cyclus: trek – genot – ontwennen. Het is een constante race van verlangen naar beloning. Wanneer er daarnaast ook sprake is van ADHD, een persoonlijkheidsstoornis of een verstandelijke beperking, wordt die cyclus nog hardnekkiger. In mijn werk kom ik jongeren tegen die, vanwege hun geschiedenis, handelen vanuit pure behoeftes-bevrediging.
Zo ook Mike. Mike is een knappe jongen van begin 20 met een vlotte babbel. Bijna altijd vrolijk en structureel optimistisch. Iets dat onmogelijk lijkt wanneer je weet hoe zijn leven is gelopen tot nu toe. Mike zit sinds jonge leeftijd in het ‘systeem’. Jeugdzorg, gevangenis, dakloosheid, verslaving. Telkens opstaan, en altijd weer vallen. Een eeuwige draaideur van narigheid. Maar Mike houdt van het leven en maakt van elke dag een feestje, als hij de kans krijgt. Zorgen zijn voor later en voor zijn omgeving. En voor de tientallen hulpverleners die machteloos toekijken hoe hij de normen en grenzen van de samenleving ver achter zich laat. Ik kan er altijd (meestal) wel om lachen.
Ik geef hem de ruimte. Ik beweeg mee en probeer te faciliteren waar ik kan. En ja, dat schuurt soms. Het levert soms ethische discussies op met collega’s en ketenpartners. Maar ik maak me zo in zijn ogen effectieve bondgenoot. Het is een dunne lijn om te bewandelen, maar het is de voornaamste reden dat Mike zich op z’n tijd nog enigszins door mij laat bijsturen, waar hij zich verder door niemand iets laat vertellen. We plagen elkaar, we lachen veel. Want als er zoveel ellende in je leven speelt, wordt lachen cruciaal. Hoe zwaarder je leven, hoe noodzakelijker de humor.
Maar toen kreeg hij de diagnose kanker. Shit.
Niet dat het Mike echt ontmoedigd, maar er moet wel wat mee gebeuren. Gelukkig is het goed te behandelen, middels chemotherapie. Het probleem is alleen, Mike wil geen chemo. Van chemo word je ziek, weet hij, en van de kanker voelde hij niks. In zijn hoofd is het logisch: waarom zou hij een behandeling ondergaan voor een aandoening waar hij geen last van heeft, als hij wel doodziek wordt van de behandeling zelf? Bovendien is het in Amsterdam en moet hij dan iedere keer met de trein, ook een gedoe.
Mike is nagenoeg immuun voor motiverende gespreksvoering, weet ik uit ervaring. Waar hij wel gevoelig voor is, is beloning.
Dus deed ik hem een voorstel. Elke keer dat hij naar het ziekenhuis moest voor chemo, zou ik hem brengen en op de terugweg reden we langs de Mc Drive. Waar hij dan op mijn kosten wat mocht bestellen.
En zo hadden we een half jaar lang ziekenhuiscontroles. Chemokuren. Hamburgers. En soms, voor de ontspanning, tussendoor nog een jointje op het dakterras van het Antoni van Leeuwenhoek ziekenhuis.
Paul Kreemers
In zijn columns Poten in de klei neemt Paul Kreemers je mee in de dagelijkse realiteit van zijn werk bij Brijder Jeugd en Jongereninloop De Pitstop. Als projectleider richt hij zich op de zorginhoudelijke en organisatorische ontwikkeling van het project, met als doel jongeren met complexe problematiek de begeleiding te bieden die hen verder helpt.
Lees hier de eerdere columns van Paul: